Postelein - vergeten groente!
Februari loopt naar zijn einde en maart kondigt de lente aan. Ik kijk al uit naar wat er in de lente weer allemaal op de akkers staat, naar de groenten die we mogen oogsten en waar we (h)eerlijke gerechten mee kunnen maken. Magie van het veld, recht naar je bord en je hart. Maar zover zijn we nog niet. Het is februari, de winteroogst loopt op zijn einde en op die lente-oogst moeten we nog heel eventjes wachten.
Een van de groenten die wij in februari wel steevast in ons menu verwerken, is winterpostelein. Een klein plantje met grootse kwaliteiten en vooral heel erg lekker. Zo proeft het alvast een beetje lente op ons bord.
Winterpostelein is een vergeten groente en dat is jammer, want behalve dat het bijzonder lekker is, heeft het ook enkele zeer specifieke eigenschappen en je kan veel meer doen met winterpostelein dan je op het eerste zicht zou vermoeden.
Postelein komt oorspronkelijk uit het Midden-Oosten. Ondertussen groeit het in vele delen van de wereld, zo ook op onze Belgische bodem. Deze bladgroente met ruitvormige, frisgroene blaadjes, heeft een verfijnde, scherpe, friszure smaak. Zowel de blaadjes als de stengels kunnen gegeten worden. De blaadjes zijn knapperig, de steeltjes licht vlezig van structuur. Hij is daarnaast ook nog eens buitengewoon gezond! Postelein bevat weinig calorieën en levert ons vitamines en mineralen. Zo bevat postelein onder andere vitamine C en E, is hij rijk aan magnesium en ijzer en calcium. In tegenstelling tot andere bladgroenten, en zelfs eerder uitzonderlijk, bevat postelein ook omega 3.
Door zijn aanwezigheid van omega 3 is postelein ook een belangrijk ingrediënt in de plantaardige keuken. Hij bevat meer omega 3 onverzadigde vetzuren dan eender welke bladgroente, en zelfs meer dan heel aantal minder vette vissoorten. Zet hem dus zeker met regelmaat op je menu.
In onze contreien eten we postelein meestal rauw, in slaatjes. Maar hij leent zich tot veel meer bereidingen dan dat. Je kan hem koken, wokken, verwerken in een stamppot of soep van maken. Wanneer we postelein koken, doen we dat met zeer weinig water om zo min mogelijk vitamines en mineralen te verliezen. Zijn kooktijd varieert van 5 tot 10 minuten, afhankelijk van zijn ouderdom. Net zoals bij spinazie slinkt postelein fors tijdens de bereiding. In de wok gedraagt postelein zich op dezelfde manier: fors slinken en snel klaar.
Wanneer we postelein in een stamppot gebruiken, maken we eerst de stamppot klaar en mengen we op het einde de postelein voorzichtig onder de nog warme puree. Zo gaart hij lichtjes, maar blijft hij wel knapperig van structuur en behoudt hij al zijn mineralen en vitamines. En ook in soepen, kookt hij maar heel kort mee. Postelein is namelijk nitraatrijk, uiterst gezond maar wel met een aantal richtlijnen: niet te lang garen (dan wordt hij bitter), niet opnieuw opwarmen want dan verandert nitraat in nitriet en wordt hij ongezond voor ons systeem.
Leuke weetjes om te eindigen:
500g postelein bereiden, maakt dat je 200g overhoudt
Rauw, in salades, voorzie je 100-150g postelein per persoon
Postelein kan je makkelijk zelf kweken. In onze tuin groeit hij ‘wild’. De vorige eigenaars hadden postelein in de tuin staan en wij genieten er elk jaar opnieuw van.
Postelein oogst je best laat in de middag. Vooral wanneer het warm en droog weer is. De typische stofwisselingsprocessen van postelein maken namelijk, dat de ’s ochtends geoogste postelein zuurder smaakt dan deze die je in de namiddag oogst
Bij ons staat hij wekelijks op het menu en de jongens zijn er verzot op. En nu is het aan jou om er zelf mee aan de slag te gaan. Eens je hem geproefd hebt, weet je wat je al die tijd gemist hebt 😉
Smakelijk!